Hans van den Broek: ‘Kijk met een gezamenlijke bril naar je gemeente’

Thema 3: Meten = weten. Inzicht in geldstromen en data voor meer kansen voor kwetsbare huishoudens tekst: Marianne Lamers

Hans van den Broek van het bureau Zicht op Overheid is een van de makers van het Dashboard Geldstromen Energieke Wijken dat gemeentes handvatten geeft hoe zij aan de slag kunnen met data en geldstromen om de energietransitie in kwetsbare huishoudens te versnellen. “Dit dashboard helpt om samen te bepalen wat je gezamenlijke doelen zijn.”


Wat kan je als gemeente met dit dashboard?

“Het dashboard helpt je met het maken van keuzes. Je hebt hiermee een heel handig instrument in handen om te kijken waar je zou willen beginnen in het verduurzamen van je stad en welke keuzes je kan gaan maken. Kies je voor een relatief makkelijke wijk, of juist de meest moeilijke wijk waar je lastig achter de voordeur komt, net als in Utrecht waar ze in Overvecht de wijk aardgasvrij aan het maken zijn. Ook kan je relatief makkelijk vergelijken met dit dashboard: hoe doet een gemeente het waarmee je veel samenwerkt, of waar een vergelijkbare bewonerssamenstelling is?”


Sommige grote gemeenten hebben al een eigen dashboard. Wat is de meerwaarde dan van dit dashboard?

“Het is het eerste dashboard in zijn soort wat een heel mooi sociaal profiel van een wijk geeft. Het geeft een complete nulmeting van de wijk: het geeft inzicht in de geldstromen op wijkniveau. Dat zijn de gemeentelijke geldstromen en de inkomsten en uitgaven van alle huishoudens, ingedeeld naar de klassen van het sociaal-cultureel planbureau. Ook laat het de geldstromen van de zorgverzekeraars zien. Met deze informatie kan je alle thema's zien die voor je eigen wijk van belang zijn: hoe het zit met werk en inkomen, met de woningvoorraad, maar ook met duurzaamheid. Bovendien is het voor ons vrij makkelijk om een dashboard op maat te maken dat is aangevuld met lokale bronnen. Zo kan je met een eigen, op maat gemaakt dashboard nog meer de diepte ingaan. Voor de relatief kleinere gemeenten -waar de mogelijkheid om bewonersenquêtes af te nemen vaak minder groot is- is de informatie over de bereidheid van bewoners om te verduurzamen een extra grote meerwaarde. Tot op wijk- of buurtniveau kan je de opvattingen van bewoners terugvinden.”


Hoe kunnen die bewonersopvattingen je helpen om de energietransitie te versnellen?

“Vooral in de kwetsbaardere wijken is sprake van een cumulatie van problemen. Als je vraagt aan mensen wat zij belangrijk vinden in hun wijk, komt verduurzaming niet in de top drie. Maar als jij als ambtenaar weet welke thema’s en welke problemen er spelen en wat de prioriteiten zijn van bewoners, kan je daar op aanhaken in het gesprek dat je met bewoners voert. Alleen al door het benoemen van de problemen kan je een veel betere aansluiting met bewoners krijgen. De energietransitie kan daarmee een hefboom zijn om ook andere uitdagingen aan te gaan. Als je bewoners kunt helpen met hun schulden en tegelijkertijd ook met het investeren in hun huis, geeft het mensen ook weer een reden om trots te zijn op hun eigen woning, en dat doet wat met hun eigenwaarde. Ik denk dat de bewoner centraal moet staan en dat zo'n dashboard daarin helpend kan zijn. En niet andersom.”


Dit dashboard moet steden ondersteunen bij de integrale aanpak in kwetsbare wijken. Op wat voor manier doet ze dat?

“Dit dashboard vormt het startpunt om met elkaar -zowel fysiek als sociaal- het gesprek aan te gaan over het verduurzamen van je stad. Dat gesprek faciliteren wij door dit dashboard. Maar het initiatief daarvoor nemen en met een gezamenlijke bril naar een wijk kijken, dat moet de gemeente zelf doen. Dit dashboard helpt om samen te bepalen wat je gezamenlijke doelen zijn en waarom je voor een bepaalde wijk kiest om de energietransitie vorm te geven. Een andere meerwaarde van dit dashboard zit hem in het feit dat je ervaringen met andere gemeenten kunt uitwisselen. Een advies: maak gebruik van de gemeenten waar ze succesvolle voorbeelden hebben, waar ze dat integrale werken van de grond hebt gekregen. Tilburg, Arnhem en Rotterdam zijn gemeenten waar die harde en zachte wereld elkaar hebben gevonden. Zij zijn niet voor niets koploper in het gebruik van dit dashboard.

Wij merken bij andere dashboards die we hebben gebouwd en waar we een vergelijkbare dataset gebruiken, dat het zeker binnen die grote gemeenten helpt om over de eigen schotjes heen te kijken. Ambtenaren kijken niet alleen naar gebouwen, bouwjaren en energie labels, maar weten het met dit dashboard breder te trekken: hoe is het elektriciteits- en gasverbruik, hoe staat het met de gezondheidsproblematiek of overgewicht of het gemiddelde aantal levensjaren dat mensen minder hebben in zo’n wijk? Gezamenlijk inzicht in de verschillende geldstromen in de wijk maakt het beter mogelijk verschillende opgaven en aanpakken te verbinden, met beter resultaat voor de bewoners. Wij zien dat het bij elkaar brengen van beide partijen nog niet eerder is gecombineerd en voorziet in een behoefte.”


Naast een startpunt is dit dashboard volgens jou ook een vindplaats. Kan je uitleggen wat je daarmee bedoelt?

“Naast data over duurzaamheid, wonen, werk en inkomen, zorg en gezondheid, zijn er ook gebruikersverhalen van de drie koplopers te vinden. Medewerkers van gemeenten delen hier hun ervaringen en tips met nieuwe gebruikers van het dashboard.

Onder het onderdeel service en achtergrond staan alle landelijke rapporten die van betekenis zijn, zoals het recente rapport van TNO over de relatie tussen gezondheidskosten en energiearmoede. Onder het kopje financiële gegevens kun je precies zien in welke wijken de energiearmoede zit, en dat gekoppeld aan het inkomen, en het soort woningen in je wijk. Dus je weet meteen of je met een woningbouwvereniging moet schakelen in een bepaalde wijk of juist niet. Het biedt aanknopingspunten om met partners het gesprek aan te gaan over wat zij nu investeren in de wijk, en te kijken wat de investeringsmogelijkheden van de bewoners zelf zijn.”


Over welke partners heb je het dan?

“De zorgverzekeraar bijvoorbeeld, een heel belangrijke partner als het gaat over de aanpak van gezondheid in de wijk. Doordat je ook de geldstromen kan zien van de zorgverzekeraars, kan je ook zien wat er is uitgegeven in de zorgverzekeringswet: per inwoner zie je wat er wordt uitgegeven aan geestelijke gezondheidszorg, aan huisartsenzorg, aan medisch specialistische zorg, of aan wijkverpleging. Je kan zien welke mensen daar gebruik van maken, hoe oud ze zijn en wat het bereik is van sommige regelingen zoals de WMO of de WLZ. Die data zouden een mooie aanleiding kunnen zijn voor een gesprek met een zorgverzekeraar. Wat kunnen we besparen op gezondheidskosten door te investeren in leefstijlinterventies of het verduurzamen van je huis? Ook krijgen we binnenkort de data van het Tijdelijke Noodfonds Energie waarmee we precies kunnen laten zien hoe groot het doel was in een bepaalde wijk en wat het bereik is geweest. Daar kan je vervolgens weer van leren: waarom bereik je in sommige wijken 70 procent van de doelgroep en in andere wijken nog geen 30 procent? Dan weet je of je voldoende reclame hebt gemaakt over de regeling, en of er misschien andere dingen nodig zijn.”
 

Wat hoop je voor het dashboard over drie jaar?

“Dat het dashboard wat meer geland is en enthousiast wordt gebruikt door in ieder geval alle City Deal gemeentes. Dashboards zijn nooit af: het leuke is dat je ze blijft ontwikkelen. Ik ben heel enthousiast over grote ontwikkelingen zoals het Hestia model van TNO. Die hebben een heel samen met het Centraal Planbureau voor Leefomgeving een innovatief simulatiemodel ontwikkeld dat zich richt op de gebouwde omgeving. Je kan hiermee met allerlei aannames kijken wat de kosten en opbrengsten zijn voor een bepaalde wijk als het gaat over verduurzaming. We zijn aan het kijken hoe we dat op een toegankelijke manier zouden kunnen integreren in het dashboard. Dan kan je vooruitkijken en kan je ook aan knoppen gaan draaien: ‘Als we dit doen, dan gebeurt er dat.’ Maar ook nu al zit er zoveel denkkracht in dit dashboard van alle partijen die hieraan hebben meegewerkt. Daar kunnen gemeente enorm hun voordeel mee doen.”

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Cookie-instellingen